REINIGEN EN ONTSMETTEN
Dagelijks uitmesten en vers opstrooien en bezemschoon houden.
De mestput wordt eenmaal per week geleegd.
Verzorg de ge•nfecteerde paarden altijd het laatst.
DESINFEKTEREN:
Trailer of stal(len) desinfekteren met lysol of halamid-oplossing. Eerst bezemschoon maken. Daarna goed schoonspuiten
en dan schoonschrobben met desinfektiemiddel. Daarna schoonspuiten met de hogedrukspuit met eventueel
reinigingsmiddel (ook de buitenkant). Stalmuren eventueel opnieuw witten.
Daarna voer- en waterbakken grondig reinigen met warm water.
Draag rubberhandschoenen en beschermende kleding die na gebruik meteen in de was kan.
HALAMID:
Halamid kan gebruikt worden ter bestrijding van bacteriën en virussen in/op:
-dierverblijfplaatsen en bijbehorende ruimten
-transportmiddelen voor dieren
-oppervlakken van schoeisel en gereedschappen die in dierverblijfplaatsen en
bijbehorende ruimten worden gebruikt.
Werking :
-effectief tegen bacteriën en virussen; resistentievorming is niet mogelijk
-opslagstabiliteit, een Halamid-oplossing behoudt langere tijd zijn werkzaamheid
-Halamid hecht zich niet aan oppervlakken en is daardoor goed afspoelbaar
-niet agressief ten opzichte van metalen en andere materialen
-lost goed op in koud water (maximale concentratie 10 % bij 15ˇC)
-volledig biologisch afbreekbaar en werkt ook bij lagere temperaturen
Halamid is een poedervormig desinfektiemiddel. De actieve component, uitgedrukt in "actief chloorgehalte" ligt rond de 25%.
Bij een dosering van 0,5% heeft een Halamid-oplossing een actief chloorgehalte van 1250 ppm. Vaak is dit niet allemaal
nodig en wordt dan niet vrijgegeven en blijft dus beschikbaar.
Stallen voor het desinfekteren eerst goed reinigen. Aangekoekt vuil los steken en los materiaal verwijderen. De ruimte is
dan bezemschoon. Maak de te reinigen oppervlakken nat met water, zodat het vuil kan weken. Zorg ervoor dat de
oppervlakken minimaal 1,5 uur nat blijven. Om het inweken te versnellen, kan aan het water een middel toegevoegd
worden. Na het inweken de oppervlakken schoonspuiten met een hogedrukreiniger. Na het reinigen is het zaak eventuele
reinigingsmiddelen en nog loszittend vuil goed weg te spoelen. Vuistregel : zolang het spoelwater verkleurt, is het oppervlak
niet goed genoeg gereinigd. Trek na het spoelen overtollig water weg. Direkt na het reinigen desinfecteren. Voor een
optimaal resultaat volstaan 2 % Halamid op te lossen in water (200 gram per 10 liter). Deze Halamid-oplossing heeft
minimaal 20 minuten inwerktijd nodig. De oppervlakken dienen dus zo lang vochtig te blijven. Zorg er daarom voor dat
deuren, ramen etc. gesloten zijn en de ventilatie uit staat. Om het oppervlak voldoende te kunnen bevochtigen,
is 250 - 400 ml Halamid-oplossing per m2 nodig. Dit is afhankelijk van het absorberend vermogen van het oppervlak en
de relatieve vochtigheid van de lucht. De Halamid-oplossing dient met lage druk en grove druppel aangebracht te worden.
Spoel oppervlakken en machines die in aanraking komen met eet- en drinkwaren grondig na met schoon leidingwater.
Draag geschikte beschermende kleding, handschoenen en een beschermingsmiddel voor het gezicht.
ONGEDIERTE BESTRIJDING
ONGEDIERTE OP STAL:
Aanwezigheid signaleren door te letten op de verspreiding van eitjes (larven) en/of de aanwezigheid van uitwerpselen van
ongedierte. En let op eventuele door ongedierte veroorzaakte schade.
Voorkom vorming van broedplaatsen van ongedierte door: voeropslag, onder de drinkbakken, afvalopslag e.d. goed schoon
te houden; en door produkten op te slaan in afsluitbare metalen kasten, kunststof vaten en op pallets in plaats van direkt op
de grond. Regelmatig de omgeving reinigen met de hogedrukspuit.
Bestrijding bij voorkeur door natuurlijke vijanden: vleermuizen, spinnen, katten.
In het voorjaar wordt er tegen insekten gespoten met
Permas 250 Combi CE (permethrin 11245N, piperonyl butoxide, bioallethrin)
en Tugon 80
TUGON 80:
Tugon 80 is een insecticide in poedervorm. Het werkt tegen vliegen, vlooien, kevers, mieren enz.
Voor het toepassen moet de omgeving bezemschoon zijn.
Let op dat het poeder niet ingeademd wordt.
Spuit onder lage druk met grote druppel het poeder met water over de oppervlakken en in kieren waar insekten en larven
zich ophouden.
Niet gebruiken in de direkte omgeving van levende have en voedingsmiddelen of plaatsen waar gegeten wordt.
Gebruik bij het verspreiden van het middel beschermende kleding die na gebruik in de was gaat, rubber handschoenen tot
aan de ellebogen en gezichtsbescherming.
PARASIETEN BIJ PAARDEN
Aanwezigheid van parasieten (wormen) bij paarden kan leiden tot: koliek, diarree, vermagering, bloed in de mest, koorts,
verminderde eetlust, inwendige bloedingen en ontstekingen, staart schuren.
De kans op infektie zo klein mogelijk houden door de verspreiding van wormen op stal tegen te gaan: stalhygiëne, mest
verwijderen, kringloop van de ontwikkeling van de parasiet doorbreken.
Elk kwartaal een wormenkuur geven en in het najaar ook een middel tegen horzellarven. Horzeleitjes zijn waarneembaar
als kleine gele pitjes in de manen, op de benen en op de schoft. Regelmatig van produkt verwisselen om resistentie te
vermijden.
AFZONDERING:
Nieuwe paarden die binnenkomen altijd een of twee weken in de buitenstal. De buitenstal is een aparte boks die los staat
van het hoofdgebouw en voorzien is van een halve deur (ventilatie). Nieuwe paarden lopen de eerste dagen niet mee in de
groepslessen.
Als er geen bijzonderheden zijn kan het paard binnen op stal.
Als een nieuw paard bij binnenkomst al verdacht is: strompelend, hoestend, zwetend e.d. dan meteen temperaturen op de
gang nog voordat hij de stal ingaat. Dit paard nader onderzoeken en bij redelijke verdenking van het hebben van een
besmettelijke ziekte, het paard rechtsomkeer de trailer weer in en terug naar de plaats van herkomst.
QUARANTAINE:
Zieke paarden kunnen in de buitenstal in quarantaine gezet worden, of in de achterstal.
In de achterstal is een apart gedeelte met vier boksen die door een muur afgescheiden zijn van de rest van de stal. Hier
kunnen paarden worden gestald zo dat andere paarden er niet bij kunnen of langs hoeven. Dit quarantaine-gedeelte
bevindt zich naast een poort (ventilatie).
Bij behandeling van paarden in quarantaine altijd beschermende kleding dragen die daarna meteen in de was kan of
weggegooid kan worden. Borstels en dekens e.d. na gebruik meteen reinigen of in een halamid-oplossing zetten.
|